Zephyrnet-logo

Registratie van de beschermde oorsprongsbenaming “HALLOUMI” in de EU – Het Gerecht komt de Europese Commissie en de Republiek Cyprus te hulp – Kluwer Trademark Blog

Datum:

Mijn twintigjarige zoon Victor is begonnen met het lezen van de Ilias van Homerus. Als hij klaar is, zal ik hem voorstellen het hele HALLOUMI-verhaal voor te lezen, dat net zo episch is als de oude gedichten. Epics zijn de verhalen over geografische aanduidingen uit dit deel van Europa. De Grieken hebben hevig (en met succes) gevochten om de GI-registratie van de FETA-kaas te consolideren, en nu is Cyprus en zijn Halloumi-kaas aan de beurt.

De laatste aflevering van dit verhaal is het arrest van het Gerecht van 21 februari 2024 in zaak T-361/21, Papouis Dairies Ltd (en anderen) tegen de Europese Commissie. Het Hof verwerpt het beroep dat is ingesteld door een aantal Cypriotische zuivelbedrijven tot nietigverklaring van Uitvoeringsverordening (EU) 2021/591 van de Commissie van 12 april 2021, die de registratie van HALLOUMI als BOB (beschermde oorsprongsbenaming) met zich meebracht.

De aanvraag om HALLOUMI als BOB te registreren werd in 2012 bij de Cypriotische autoriteiten ingediend. Na afronding van de nationale fase werd de aanvraag in 2014 bij de Commissie aangemeld. Op EU-niveau werden niet minder dan 17 opposities tegen de aanvraag ingediend. waarvan er 9 onderbouwd zijn. Het verplichte overleg tussen verzoeksters en opposanten mislukte en de Commissie stelde uiteindelijk de bestreden verordening vast. Kort daarna vernietigde een vonnis van een Cypriotische rechtbank bepaalde handelingen die waren aangenomen in het kader van de adoptie van HALLOUMI als beschermde geografische aanduiding.

Hoewel de juridische kwesties die voor het Hof aan de orde kwamen talrijk en van zeer technische aard waren, is het geschil rond de registratie van HALLOUMI als BOB vrij eenvoudig: het gaat om het bepalen van het aandeel van de grondstoffen. Volgens de door de Commissie goedgekeurde productspecificatie wordt Halloumi geproduceerd hoofdzakelijk met schapen- of geitenmelk, of een mengsel daarvan, met of zonder koemelk. Het overwicht van schapen- of geitenmelk is het belangrijkste element van het geschil dat tussen de Cypriotische producenten onderling is ontstaan: oorspronkelijk bestond er op Cyprus geen maximumtarief van 50% voor koemelk.

Het belangrijkste argument dat tegen de Commissie werd ingebracht, was dat zij had verzuimd de aangevraagde geografische aanduiding naar behoren te onderzoeken. Er moet aan worden herinnerd dat het registratieproces van geografische aanduidingen op EU-niveau gedeelde bevoegdheden impliceert tussen de lidstaten waar de geografische aanduidingen vandaan komen en de Commissie. Als algemene regel behouden de lidstaten een overheersende rol, aangezien zij geacht worden een diepere kennis te hebben van de bijzonderheden van de aanvragen. De rol van de Commissie bij de daaropvolgende evaluatie is in wezen beperkt tot het opsporen van kennelijke fouten.

In de praktijk is dit duale systeem niet bevredigend omdat het de harmonisatie van de praktijken binnen de Unie voor een groot deel verhindert en ruimte laat voor potentieel misbruik (we kunnen hier verwijzen naar de recente poging van de Franse autoriteiten om “Iles de Beauté” te registreren voor vleeswaren, en aan het Spaanse project voor de registratie van “Jamón Serrano” voor gezouten ham).

In de HALLOUMI-zaak heeft het Hof alle door verzoeksters vastgestelde fouten buiten beschouwing gelaten als niet-kennelijk. Het Hof oordeelde ook dat de Commissie zich niet mocht bemoeien met de keuze van de Cypriotische autoriteiten om een ​​productiemethode te kiezen die mogelijk niet door een meerderheid van de lokale producenten werd gevolgd. Eigenlijk wordt dit door de wet niet verhinderd.

Het duale systeem brengt ook problemen met zich mee op het gebied van consistentie en onderlinge afhankelijkheid: moest de Commissie de zaak opschorten in afwachting van de uitkomst van de gerechtelijke procedure die op Cyprus aanhangig was? Nee, antwoordde het Gerecht. Hoewel de Commissie de potentiële impact van het nationale arrest op de geldigheid van de geografische aanduiding zal moeten overwegen, heeft dit niets te maken met de wettigheid van de betwiste verordening.

Tot slot is een van de andere door het Hof verworpen beweringen die van de buitensporig lange duur van de registratieprocedure bij de Commissie: zeven jaar. In dit verband merkt het Hof eenvoudigweg op dat de vertraging bij de registratie van de BOB geen invloed had op de uitkomst van de procedure en geen inbreuk maakte op het beginsel van behoorlijk bestuur.

_____________________________

Om ervoor te zorgen dat u geen regelmatige updates van de Kluwer Trademark Blog mist, kunt u zich abonneren hier.

Kluwer IE-recht

De 2022 Future Ready Advocaten-enquête toonde aan dat 79% van de advocaten denkt dat het belang van juridische technologie volgend jaar zal toenemen. Met Kluwer IP Law kunt u navigeren in de steeds mondialer wordende praktijk van IE-recht met gespecialiseerde, lokale en grensoverschrijdende informatie en tools vanaf elke gewenste locatie. Ben jij als IE-professional klaar voor de toekomst?

Leer hoe Kluwer IE-recht kan je ondersteunen.

Kluwer IE-recht

Deze pagina als PDF

spot_img

Laatste intelligentie

spot_img