De verplichtingen voor rechtspersonen om hun bedrijfstransparantie te vergroten blijven evolueren, met name op het gebied van ESG- en financiële verslaggeving. Wil ESG echter echt geloofwaardig zijn, zowel als onderdeel van de financiële verslaggeving als als op zichzelf staande vereiste, dan is
Er is dringend behoefte aan een mondiale klimaatinformatiearchitectuur.

Het creëren van een dergelijke architectuur hangt echter af van de totstandkoming van een universele manier om de betrokken juridische entiteiten te identificeren en te authenticeren. De inspanningen om ESG-gegevens te standaardiseren blijven zich ontwikkelen -industrie
deskundigen waarbij wordt benadrukt dat identificatiegegevens die consistent blijven en interoperabiliteit mogelijk maken, cruciale instrumenten zullen zijn bij het naadloos verbinden van opkomende ESG-datasets met bestaande data-infrastructuren. Succes in dit opzicht zal bedrijven in staat stellen waardevolle winsten te behalen
inzichten veel sneller dan hun pogingen om niet-standaard identificatiegegevens en datasets te integreren. Om bijvoorbeeld de prestaties van een bedrijf op het gebied van ESG-factoren te analyseren, moeten beleggers op ondubbelzinnige wijze entiteiten identificeren die zich bezighouden met activiteiten die bijvoorbeeld
broeikasgasemissies om de klimaatgerelateerde impact te kunnen analyseren en begrijpen.

De identificatie van juridische entiteiten op een unieke en ondubbelzinnige manier is cruciaal voor het identificeren van fysieke risico’s, transitierisico’s en aansprakelijkheidsrisico’s. Dit werd onderstreept in de Netwerk
voor het groener maken van het financiële systeem (NGFS) Voortgangsrapport, opgesteld door een netwerk van 83 centrale banken en financiële toezichthouders, waarin wordt benadrukt dat een groot obstakel voor de toegang tot en het gebruik van bestaande klimaatgerelateerde gegevens het gebrek aan unieke identificatiegegevens is
die cruciaal zijn voor het onderling koppelen van klimaatgerelateerde gegevens en financiële gegevens.

Deze blog onderzoekt de rol van de Legal Entity Identifier (LEI) en de verifieerbare LEI (vLEI) bij het bieden van robuuste garanties voor digitale verifieerbaarheid in financiële, ecologische, sociale en governance (ESG) en alle andere soorten niet-financiële rapportage.

Bevestiging van 'de entiteit achter de melding'

Als onderdeel van haar focus op het mogelijk maken van entiteitsidentiteit en authenticiteit voor organisaties en hun vertegenwoordigers, pleit GLEIF al jaren voor het gebruik van LEI-gegevens als de meest effectieve manier om 'de entiteit achter het rapport' ondubbelzinnig te identificeren.

In 2020 heeft de Europese Autoriteit voor effecten en markten (ESMA) dit proces geformaliseerd door te bepalen dat jaarlijkse financiële verslagen die worden gepubliceerd door bedrijven die zich bezighouden met kapitaalmarkten een consistente digitale configuratie moeten volgen, bekend als de European Single Electronic
Format (ESEF), waarin ze ook hun LEI moeten inbedden. Dit mandaat heeft de transparantie in de financiële verslaggeving vergroot en het vertrouwen in de sector vergroot door met een paar muisklikken toegang te verlenen tot de onbetwistbare identificatiegegevens van de entiteit die beschikbaar zijn
in zijn LEI-record, gehouden in de Global LEI Index.

De evolutie van digitaal ondertekenen

Naarmate het proces voor financiële verslaggeving is geëvolueerd om deze digitale formaten over te nemen, heeft GLEIF ook gewerkt met de ondersteunende technologieën om ervoor te zorgen dat de LEI kan worden ingebed in de digitale referenties van het rapport en gemakkelijk toegankelijk is voor de lezer ter ondersteuning van
maximale transparantie.

Conventioneel worden digitale certificaten gebruikt om te voldoen aan vereisten voor identiteitsverificatie, waaronder de encryptie en authenticatie van e-mails, contracten, facturen en andere vormen van digitale communicatie en documentatie. Digitale certificaten
worden uitgegeven door certificeringsinstanties en aanbieders van vertrouwensdiensten voor specifieke gebruiksscenario's. Elk certificaat bevat zowel de vereiste identificatie-inhoud als details van de vertrouwensketen (uitgiftehiërarchie) en is gecodeerd met een einddatum, waarna
het certificaat wordt ongeldig en kan niet langer worden gebruikt. Deze kenmerken maken digitale certificaten inflexibel voor de huidige rijke digitale omgeving en veroorzaken vaak problemen in het levenscyclusbeheer ervan, vooral wanneer ze op grote schaal worden ingezet, wat leidt tot hoge
niveaus van administratieve inefficiëntie, kosten en complexiteit. Wanneer u ondertekent met een digitaal certificaat, beschikt de ondertekenaar over een beschermde coderingssleutel, waardoor hijzelf het certificaat kan gebruiken om een ​​document te ondertekenen. Toch is het gebruikelijk voor alle certificaten
om verschillende cryptografische identificatiemiddelen te gebruiken, waardoor het vrijwel onmogelijk is om een ​​volledig tracering uit te voeren op alle certificaten die voor dezelfde entiteit of persoon zijn uitgegeven.

Om deze uitdagingen aan te pakken, heeft GLEIF een pioniersrol vervuld in een inspanning van meerdere belanghebbenden om een ​​nieuwe vorm van gestandaardiseerde digitale organisatie-identiteit te creëren, waarbij gebruik wordt gemaakt van de LEI. De vLEI bouwt voort op en breidt de W3C-standaard voor verifieerbare legitimatiebewijzen uit en maakt beide mogelijk
organisaties en hun belangrijkste vertegenwoordigers in officiële en functionele rollen om individuele secties binnen een jaarverslag digitaal te ondertekenen, maar ook om een ​​rapport in zijn geheel te ondertekenen, waardoor de lezer een veel robuustere reeks authenticiteitsgaranties wordt geboden.

Als digitaal vertrouwde versie van de LEI brengt de vLEI de mantra 'nooit vertrouwen, altijd verifiëren' tot leven in de identiteit van de organisatie.

In tegenstelling tot digitale certificaten vereisen vLEI-referenties geen centrale organisatie voor uitgifte en intrekking, en hoeven ze ook geen vervaldatum te hebben (tenzij dit wenselijk is voor het gebruik waarvoor ze zijn uitgegeven). In plaats daarvan kan een vertrouwensketen tot stand worden gebracht
waar gekwalificeerde vLEI-uitgevers (QVI's) een vLEI-referentie kunnen uitgeven aan een bedrijf, dat vervolgens het genereren van bijbehorende vLEI-referenties aan werknemers, klanten, leveranciers of leden, enz. kan beheren, zonder terug te hoeven gaan naar de QVI.

vLEI-inloggegevens kunnen worden gezien als levenslange, ondubbelzinnige identificatiegegevens die nooit zullen veranderen, maar snel en volledig kunnen worden ingetrokken en in plaats daarvan kunnen nieuwe inloggegevens worden uitgegeven, in het geval van een verandering van omstandigheden, mocht de LEI-houdende entiteit ophouden
handel, bijvoorbeeld, of als een persoon de functie verlaat waarvoor al een vLEI-rolreferentie is afgegeven. Cruciaal is dat dankzij het gebruik van het Key Event Receipt Infrastructure (KERI)-protocol de intrekking van vLEI-referenties automatisch zal plaatsvinden.
breng alle 'downstream'-applicaties op de hoogte, zodat, als een entiteit ophoudt te bestaan, alle vLEI-inloggegevens die aan werknemers, klanten, leden, enz. worden verstrekt, tegelijkertijd ongeldig worden. Deze kenmerken lossen veel van de problemen op die momenteel in de levenscyclus voorkomen
beheer van certificaten.

In 2021 is GLEIF begonnen met het ondertekenen van haar jaarverslag (en de daarin opgenomen jaarrekening) met behulp van vLEI's. Het volledige rapport werd ondertekend door de CEO en de voorzitter van de Raad van Bestuur van GLEIF, en individuele vLEI's werden gebruikt door de Chief Financial Officer van GLEIF en de directie van GLEIF.
auditors om specifieke inhoud te ondertekenen. Dit betekent dat niet alleen 'de entiteit achter het rapport' wordt bevestigd (door de presentatie van het LEI), maar ook dat de authenticiteit van elke sectie wordt bevestigd door degenen die verantwoordelijk zijn voor de productie ervan.

De ondertekening van de dingen die komen gaan: ESG en andere niet-financiële rapportage mogelijk maken in afwachting van toekomstige mandaten

Naast meer conventionele factoren zoals fiscale prestaties, worden juridische entiteiten wereldwijd steeds vaker beoordeeld door investeerders, klanten en andere belanghebbenden op basis van hun ESG-referenties. Dit stelt nieuwe eisen aan organisaties
ESG-statistieken volgen en rapporteren. Om ESG-rapportage zijn volledige potentieel te laten bereiken, moet het verzamelen van gegevens echter beginnen met holistische en gestandaardiseerde identificatie van entiteiten in de hele toeleveringsketen. Zonder dit systeem is het onmogelijk om de tijdigheid, nauwkeurigheid,
en betrouwbaarheid die nodig zijn voor zinvolle ESG-rapporten.

Momenteel maakt het gebrek aan standaardisatie op dit gebied het moeilijk om ESG-gegevens te vinden, te vergelijken en te consumeren, wat leidt tot een inefficiënt, kostbaar en met fouten bezaaid systeem dat transparantie ontbeert en mogelijkheden creëert voor greenwashing en andere misleidende informatie.
praktijken. Het is onwaarschijnlijk dat dit lang zal duren. In juni van dit jaar ondertekenden het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties (UNDP), GLEIF en de Monetaire Autoriteit van Singapore (MAS) bijvoorbeeld een intentieverklaring om een ​​gezamenlijk initiatief te starten om
digitale ESG-referenties voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen (MSME’s) wereldwijd. Andere initiatieven ter ondersteuning van een uniforme aanpak voor het creëren van ESG-referenties zullen zeker volgen.

Samen bieden de LEI- en vLEI-ecosystemen een krachtig, machineleesbaar en multi-jurisdictioneel systeem voor het volgen en rapporteren van de holistische ESG-prestaties van een entiteit. Entiteiten die een LEI hebben, kunnen greenwashing-activiteiten niet verbergen via dochterondernemingen
dankzij het 360-gradenoverzicht dat het biedt, en nu, kan de nauwkeurigheid van de rapportage van een entiteit worden geverifieerd en ondertekend met behulp van een individuele vLEI-referentie die is aangemaakt voor de aangewezen functionaris die verantwoordelijk is voor de prestaties van de entiteit.

Als we verder vooruit kijken, hoe lang zal het dan duren voordat ESG-regelgeving wordt ingevoerd die een consistente configuratie voor dit soort rapportage verplicht stelt, net zoals ESMA heeft gedaan met ECEF op het gebied van financiële rapportage? De vLEI kan worden ingezet om de transparantie te vergroten,
authenticiteitsverificatie en verantwoording bij digitale verslaggeving, zowel binnen als buiten de verplichte financiële en niet-financiële verslaggeving. En daarmee onderstreept het nogmaals de huidige en opkomende waarde van LEI-gegevens om een ​​breed publiek goed te bieden.

• Door SEO aangedreven content en PR-distributie. Word vandaag nog versterkt.
• PlatoData.Network Verticale generatieve AI. Versterk jezelf. Toegang hier.
• PlatoAiStream. Web3-intelligentie. Kennis versterkt. Toegang hier.
• PlatoESG. carbon, CleanTech, Energie, Milieu, Zonne, Afvalbeheer. Toegang hier.
• Plato Gezondheid. Intelligentie op het gebied van biotech en klinische proeven. Toegang hier.
• Bron: https://www.finextra.com/blogposting/25257/how-the-vlei-enables-digital-verifiability-in-financial-and-esg-reporting-and-beyond?utm_medium=rssfinextra&utm_source=finextrablogs