Zephyrnet-logo

Brits merkenrecht na de Brexit: de Advancetrack-zaak onderzoekt REULA en de TMA 1994 – Kluwer Trademark Blog

Datum:

Het begin van 2024 markeerde een aanzienlijke verandering in het Britse juridische landschap na de Brexit – de inwerkingtreding van de Retained EU Law (Revocation and Reform) Act 2023 ('REULA'). Dit is de eerste van twee blogs over REULA en de benadering van de Britse rechtbanken ten aanzien van het EU-recht na het vertrek van Groot-Brittannië uit de EU.

Wat is REULA?

Vanaf 1 januari 2024 heeft REULA het beginsel van suprematie van het EU-recht en andere algemene beginselen van het EU-recht (zoals indirecte werking) afgeschaft en een beperkte lijst van EU-wetten ingetrokken. REULA biedt ook verschillende wettelijke bevoegdheden om 'behield EU-recht' in te trekken en te vervangen (dat wil zeggen EU-recht dat na de uittreding werd behouden onder de European Union (Withdrawal) Act 2018 ('de terugtrekkingswet'), en omvat jurisprudentie van het HvJ-EU van op of vóór 31 december 2020).

Artikel 6 van REULA, dat (in tegenstelling tot de rest van de wet) nog niet van kracht is, geeft het Britse Hof van Beroep en het Hooggerechtshof uitgebreide bevoegdheden om af te wijken van de behouden EU-jurisprudentie, en ook van de behouden Britse binnenlandse jurisprudentie. De lagere Britse rechtbanken en tribunalen, waaronder de UKIPO, krijgen ook de bevoegdheid om rechtsvragen voor te leggen aan het Hof van Beroep en het Hooggerechtshof.

Hoewel de werking van REULA in de praktijk nog moet blijken, geeft een recente uitspraak van het Britse Hooggerechtshof enig inzicht in de manier waarop de Britse rechtbanken het EU-recht in het post-Brexit-landschap zouden kunnen benaderen.

De Vooruitgangstraject beslissing

E-Accounting Solutions Ltd (t/a Advancetrack) tegen Global Infosys Ltd (t/a GI Outsourcing) was een geschil over merkinbreuk door het Hooggerechtshof uit 2023 (met betrekking tot AdWords). Het werd vóór de REULA vastgesteld, maar rechter Tindal onderzocht obiter of zijn bevindingen over inbreuk hetzelfde zouden zijn na de REULA.

Hij legde uit dat na de REULA de Trade Marks Act 1994 (en alle andere wetgeving die is afgeleid van EU-richtlijnen) gebaseerd moet zijn op de orthodoxe principes van wettelijke interpretatie – dat wil zeggen het zoeken naar de betekenis van de woorden die door het parlement worden gebruikt. Hij merkte op dat waar binnenlandse wetgeving werd uitgevaardigd om een ​​EU-richtlijn te implementeren, die richtlijn een relevant 'extern hulpmiddel' kan zijn voor de wettelijke interpretatie van orthodoxe principes, maar dat dit heel anders is dan indirect effect.

Bij de beoordeling van zijn inbreukbevindingen onder s10(1) merkte rechter Tindal op dat er geen wettelijke vereiste bestaat dat het gebruik van een teken 'de functies van het merk negatief mag beïnvloeden'. Echter, In Arsenaal, verklaarde het Hof van Justitie (zoals het toen was) dat de exclusieve rechten die aan een merkhouder worden verleend, “…om de merkhouder in staat te stellen zijn specifieke belangen als merkhouder te beschermen, dat wil zeggen om ervoor te zorgen dat het merk zijn functies kan vervullen. De uitoefening van dit recht moet dus worden voorbehouden aan gevallen waarin het gebruik van het teken door een derde de functies van het merk aantast of kan aantasten, en met name de essentiële functie ervan, namelijk het garanderen van de herkomst van de waren aan de consument..”. Rechter Tindal erkende dat dit in feite neerkomt op een ‘glans’ van het Hof van Justitie op de uitdrukkelijke woorden in artikel 10, lid 1.

Hij concludeerde dat dit het punt is waar een doelgerichte interpretatie na de REULA van pas zou komen – artikel 10 TMA was duidelijk bedoeld om de herschikkingsrichtlijn te implementeren, die bedoeld was om hetzelfde te betekenen als het HvJ en het HvJ-EU de Merkenrichtlijn hadden geïnterpreteerd – dus het is een ‘externe hulp’. Hij concludeerde daarom dat de zinsnede ‘een persoon inbreuk maakt op een handelsmerk’ in artikel 10(1), 10(2) en 10(3) TMA kan worden geïnterpreteerd als ‘inbreuk’ vereisen in de zin van een nadelig effect op de handelsmerk. Dit zou weinig of niets toevoegen aan de andere elementen van s.10(2) en s.10(3) TMA, maar het zou wel iets toevoegen aan de andere elementen van s.10(1) TMA. Hij merkte ook op dat het niet de bedoeling of bedoeling van het Parlement kan zijn geweest om iets onrechtmatig te maken dat geen enkele nadelige invloed heeft op een merk. Hij oordeelde daarom ook dat er sprake was van merkinbreuk op grond van artikel 10, lid 1, op basis van een doelgerichte interpretatie.

De Vooruitgangstraject Dit besluit is een nuttig hypothetisch voorbeeld van hoe de Britse rechtbanken het merkenrecht na de Brexit zouden kunnen interpreteren en geeft advies over manieren waarop een doelgerichte wettelijke interpretatie de Britse rechtbanken kan helpen vaste gebieden van het EU-recht te behouden. Het is nog heel vroeg sinds REULA, dus we houden deze ruimte in de gaten.

_____________________________

Om ervoor te zorgen dat u geen regelmatige updates van de Kluwer Trademark Blog mist, kunt u zich abonneren hier.

Kluwer IE-recht

De 2022 Future Ready Advocaten-enquête toonde aan dat 79% van de advocaten denkt dat het belang van juridische technologie volgend jaar zal toenemen. Met Kluwer IP Law kunt u navigeren in de steeds mondialer wordende praktijk van IE-recht met gespecialiseerde, lokale en grensoverschrijdende informatie en tools vanaf elke gewenste locatie. Ben jij als IE-professional klaar voor de toekomst?

Leer hoe Kluwer IE-recht kan je ondersteunen.

Kluwer IE-recht

Deze pagina als PDF

spot_img

Laatste intelligentie

spot_img